Schaapscheerderskou
Zomerweer in juni houdt zelden de hele maand stand. Meestal draait de wind na de eerste zomerse of zelfs tropische dagen van zuid naar noordwest of noord. Daarmee stroomt aanzienlijk koelere lucht uit het Noordzeegebied Europa binnen. Boven de nog relatief koude Noordzee ligt in deze tijd van het jaar vaak een grijs wolkendek of een gebied met mist dat met de noordwestelijke stroming onze kant op komt.
De felle juni-
Meestal houdt dat koele en sombere
weer wel enkele dagen aan, zodat de kale huid van de schapen niet blootgesteld wordt
aan de felle junizon. De Schaapscheerderskou is vergelijkbaar met de IJsheiligen,
alleen is de afkoeling zo laat in het voorjaar minder groot. Ook is de kans op vorst
aan de grond in juni een stuk kleiner, maar temperaturen van iets onder nul zijn
in deze maand zelfs op waarnemingshoogte van anderhalve meter zeker niet uitgesloten.
Uit
onderzoek blijkt dat de schaapscheerderskou in ons land doorgaans valt tussen 18
en 24 juni, maar het kan ook eerder of later zijn. Een kou-
De benaming
"Zevenslapers" is gebaseerd op een legende over zeven jongelingen die vanwege de
vervolging van Christenen enkele honderden jaren na het begin van onze jaartelling
op een berg bij Ephesus (Turkije) in een grot moesten vluchten. Daar vielen ze in
een diepe slaap tot ze bij toeval op, weat toen 27 juni was, werden ontdekt en wakker
gemaakt. Regen op "Zevenslapersdag" zou 'garant' staan voor zeven natte weken.